Door Jeroen Geerts
Opgegroeid in de koude oorlog. Ja echt. Een koude oorlog die iets minder kil aandeed dan de huidige situatie, al kan ik dat niet echt beargumenteren. We groeiden op met 'foute' Russen en 'goede' Amerikanen. Al zochten best wel een aantal mensen de nuance op en waren de Amerikanen soms toch ook wel niet zo goed. Maar het waren hippies die dat vonden.
Op mijn lagere basisschool zag je hier en daar de scheurtjes in het goed Katholieke karakter van hun onderwijs. Ook enkele leraren zochten de nuance en waren niet meer zo volgzaam. Waren in hun vrije tijd hippie. (Ik had een onderwijzer die 's avonds met een langharige pruik op in een beatband speelde!)
Een lerares was zwaar teleurgesteld (lees: boos!) dat ik een spreekbeurt hield over een zelfbedacht ontwerp voor een clusterbom. Compleet met ontwerptekeningen stond ik de efficiency aan de klas uitleggen. Dat was niet kies. Hoezo? We zijn toch tegen de Russen. We voeren toch oorlog in Vietnam? Ik mag niet efficiënt over de dagelijkse praktijk meedenken?
In de zesde laatste klas groep van de lagere school het basisonderwijs moest een werelds werkstuk worden gemaakt voor Aardrijkskunde. Over een van de grootmachten mét sociale geografie. Natuurlijk koos de meerderheid van de klas voor de Verenigde Staten. Ik niet.
Ik koos bijna nooit wat de meerderheid koos. Ik ging altijd voor wat ik interessant vond. Dat was - onder invloed van enkele familieleden- zeker niet de Verenigde Staten. Het liefst had ik iets met Luxemburg gedaan omdat dat me interessant leek, maar je kunt dat toch echt geen grootmacht noemen.
Het werd China. Voordeel van mijn keus was de excellente materialen die ik kon krijgen. Mijn klasgenoten moesten een gezamenlijke (bedel)brief schrijven aan de ambassade van de Verenigde Staten. Bedoeling was om zoveel mogelijk materiaal voor het werkstuk te vergaren.
Er arriveerde een grote doos met 27 keer dezelfde setjes met spullen over de VS. Kaarten, boeken, vlaggetjes al lekker makkelijk per set verpakt in plastic, we waren duidelijk zeker niet de enige school die dit project deed. Vanaf de Russische ambassade kwam een doos met één pakket voor de enige jongen die Rusland gekozen had. Dat was al veel meer dan de VS setjes. Er zat zelfs een complete diaserie bij over de geschiedenis van Rusland.
Ik werd naar aanleiding van mijn brief samen met een klasgenoot uitgenodigd bij de Chinese ambassade. Van dat bezoek kan ik me niet heel veel meer herinneren. Ik weet alleen zeker dat het geen typische Chinese inrichting (lees Chinees restaurant) was bij de ambassade. We kregen uitleg in het Nederlands van -ik denk- een voorlichtster. De leerkracht die mee moest stond in een hoekje chagrijnig te wezen, dát weet ik nog wel.
Uiteindelijk kregen we een grote doos mee met daarin van alles uit en over China. Met het Rode Boekje van Mao. Twee stuks. Een in het Chinees en een in het Nederlands. Verder was de inhoud indrukwekkend. Het leek of de Chinezen de dozen van de Russen en de Amerikanen hadden geanalyseerd en zo hadden bedacht hoe het beter kon. Typisch.
De kennelijk conservatieve leerkracht had het op de terugweg in de tram schamper over 'zieltjes winnen'. Wij waren verguld met onze spullen en maakten er elk een prachtig werkstuk van. Mét een super de luxe spreekbeurt die een enorm hoog cijfer scoorde. Dat compenseerde in ieder geval het cijfer voor de spreekbeurt over clusterbommen.
De kennelijk conservatieve leerkracht had het op de terugweg in de tram schamper over 'zieltjes winnen'. Wij waren verguld met onze spullen en maakten er elk een prachtig werkstuk van. Mét een super de luxe spreekbeurt die een enorm hoog cijfer scoorde. Dat compenseerde in ieder geval het cijfer voor de spreekbeurt over clusterbommen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten