Het was een ongebruikelijke keuze, ik geef het toe. Terwijl vrienden en familie zich voorbereidden op sneeuw, glühwein en oliebollen, hadden we besloten Kerst door te brengen op een klein Grieks eiland. Waarom? Misschien omdat de gedachte aan een zonnebril en een ouzootje aantrekkelijker klonk dan met bevroren vingers een boom in de woonkamer versieren.
Het eiland, een vergeten stip in de Egeïsche Zee, was zo klein dat er meer geiten dan inwoners leken te zijn. Bij aankomst werden we begroet door Yannis, een oude visser met een gezicht dat eruitzag alsof het door jaren zeewind was uitgehouwen. Hij zwaaide enthousiast terwijl hij met een sigaret in zijn mond naar zijn gammele pickup gebaarde. "Kalimera! Jullie zijn hier voor Kerst, ja? Heel speciaal hier!" Hij klonk oprecht, al kon ik me moeilijk voorstellen hoe Kerst op een plek met drie cafés en een supermarkt spectaculair kon zijn.
De "kerstsfeer" begon bescheiden. In de dorpswinkel, naast een stapel verse citroenen, stond een plastic kerstboom van niet meer dan een meter hoog. Er hingen slingers in de vorm van olijven aan en een kleine kerstengel met een scheve glimlach bekroonde de top. Het was schattig op een manier die je doet glimlachen, maar ook een beetje medelijden oproept.
Die avond, terwijl we op een terras zaten met uitzicht op de donkere zee, hoorde ik muziek in de verte. We volgden het geluid en kwam uit bij het dorpsplein, waar het hele eiland zich had verzameld. Midden in de menigte stond Yannis met een accordeon in zijn handen. "Kerstliedjes!" riep hij triomfantelijk, waarna hij een melodie inzette die onmiskenbaar Grieks klonk, maar waarvan hij me verzekerde dat het over de geboorte van Jezus ging. Het klonk meer alsof Zeus op de Olympus een feestje gaf, maar het enthousiasme was aanstekelijk.
Ergens in een hoekje stond een tafel vol eten. Geen kalkoen of kerstpudding hier, maar schalen vol moussaka, tzatziki en gefrituurde visjes. Ik sloot aan bij de rij en kreeg een bord dat bijna te klein was voor de hoeveelheid die erop werd geschept. "Ouzo erbij?" vroeg een oudere dame met een knipoog, terwijl ze een glas in mijn hand drukte.
Toen de nacht vorderde, begonnen we het echte geheim van de Griekse kerstsfeer te begrijpen: het draait niet om sneeuw of luxe, maar om samenzijn, eten en zoveel ouzo drinken dat zelfs de ster van Bethlehem begint te dansen.
Een hoogtepunt van de avond was het traditionele Griekse kerstverhaal, verteld door de priester van het dorp. Hij was een kleine man met een lange baard, en terwijl hij sprak, zwaaide hij enthousiast met zijn handen. Het verhaal, zo verzekerde hij me later, was een unieke combinatie van de Bijbel en Griekse mythologie. Het eindigde met Jezus die naast een vuurtje zat met Poseidon en Hera, genietend van gevulde wijnbladeren. Ik vond het geweldig.
Aan het einde van de avond waren we omringd door nieuwe vrienden, een buik vol eten en een hoofd vol ouzo. Yannis bood me aan om me terug te rijden, wat ik afsloeg toen ik hem naar zijn accordeon zag grijpen terwijl hij zijn zoveelste glas inschonk.
Terug in het kleine appartement, terwijl de nacht over het eiland viel, dacht ik aan hoe anders deze Kerst was dan ik gewend was. Geen glitter, geen cadeaustress, geen kerstmuziek die je na drie minuten al de keel uithing. Alleen een warme gemeenschap, eenvoudige tradities en een overvloed aan gastvrijheid.
Toen ik in slaap viel, hoorde ik in de verte nog steeds Yannis' accordeon. Het klonk meer vals dan ooit, maar het maakte me niets uit. Dit was, zo besefte ik, misschien wel de meest authentieke kerst die ik ooit had meegemaakt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten