Door: Jeroen Geerts
Als een enorme schok drong de traumatische ervaring tot mij door. Daar stond een krukje die er bijna hetzelfde uitzag als de kruk waar ik in mijn jeugd zo'n hekel aan had. Daar, onder de boom in een klein Grieks zijstraatje op het eiland Kos.
In een keer kwam alle frustratie weer naar boven van het "de jongste zijn" in de familie. Een grote familie van 6 kinderen met ouders. Als er een familiebijeenkomst was waar alle kinderen met aanhang aanwezig waren en er werd gegeten aan het eind van de dag, dan moesten alle stoelen uit het hele huis bij elkaar worden gehaald om voldoende zitplaatsen te creëren.
U raadt het al, te weinig stoelen in huis. Dus ook het plastic krukje dat in de badkamer stond moest meedoen in de stoelendans van de familie Geerts. Althans, van een stoelendans was geen sprake. De hiërarchische volgorde was bepaald.
Waar de broer direct boven mij nog op een riante vierkante pianokruk mocht zitten werd de jongste, ik dus, altijd verbannen naar de plastic badkamerkruk. Discussie had geen zin, zeuren ook niet.
Geháát heb ik dat ding. Niet omdat hij niet lekker zat, maar puur om het hiërarchische principe dat "de jongste" altijd op die kruk moest zitten. Ik kan mij ook niet herinneren dat een van mijn broers, mijn zus of de aanhang ooit op die kruk hebben moeten zitten. Sterker nog: ik geloof dat ook mijn jongere neefjes nóóit op dat ding hebben hoeven zitten.
Met een schok kwam ik tot de conclusie dat het trauma is blijven hangen als een minderwaardigheidscomplex. Als we nu een familiebijeenkomst hebben en te weinig stoelen, kies ik automatisch de minst aantrekkelijke zitplaats. Of is dat geen trauma maar een goed gastheer zijn? Was die hele komedie rond de plastic badkamerkruk slechts een opvoedkundig ritueel?
Adagium:
Hoe vreemd kan het toeval zijn. Terwijl ik dit typ krijg ik een foto toegestuurd van Marja, die mijn verhaal in Griekenland al had gehoord. Op de foto: dé badkamerkruk, gevonden in de badkamer van haar tehuis, ze schrijft erbij: "Is het er zo een soms?" Ja...dat is 'm! Bij ons thuis was hij zwart met grijs. Ik ga er vanavond nog op zitten!
Als een enorme schok drong de traumatische ervaring tot mij door. Daar stond een krukje die er bijna hetzelfde uitzag als de kruk waar ik in mijn jeugd zo'n hekel aan had. Daar, onder de boom in een klein Grieks zijstraatje op het eiland Kos.
In een keer kwam alle frustratie weer naar boven van het "de jongste zijn" in de familie. Een grote familie van 6 kinderen met ouders. Als er een familiebijeenkomst was waar alle kinderen met aanhang aanwezig waren en er werd gegeten aan het eind van de dag, dan moesten alle stoelen uit het hele huis bij elkaar worden gehaald om voldoende zitplaatsen te creëren.
U raadt het al, te weinig stoelen in huis. Dus ook het plastic krukje dat in de badkamer stond moest meedoen in de stoelendans van de familie Geerts. Althans, van een stoelendans was geen sprake. De hiërarchische volgorde was bepaald.
Waar de broer direct boven mij nog op een riante vierkante pianokruk mocht zitten werd de jongste, ik dus, altijd verbannen naar de plastic badkamerkruk. Discussie had geen zin, zeuren ook niet.
Geháát heb ik dat ding. Niet omdat hij niet lekker zat, maar puur om het hiërarchische principe dat "de jongste" altijd op die kruk moest zitten. Ik kan mij ook niet herinneren dat een van mijn broers, mijn zus of de aanhang ooit op die kruk hebben moeten zitten. Sterker nog: ik geloof dat ook mijn jongere neefjes nóóit op dat ding hebben hoeven zitten.
Met een schok kwam ik tot de conclusie dat het trauma is blijven hangen als een minderwaardigheidscomplex. Als we nu een familiebijeenkomst hebben en te weinig stoelen, kies ik automatisch de minst aantrekkelijke zitplaats. Of is dat geen trauma maar een goed gastheer zijn? Was die hele komedie rond de plastic badkamerkruk slechts een opvoedkundig ritueel?
Adagium:
Hoe vreemd kan het toeval zijn. Terwijl ik dit typ krijg ik een foto toegestuurd van Marja, die mijn verhaal in Griekenland al had gehoord. Op de foto: dé badkamerkruk, gevonden in de badkamer van haar tehuis, ze schrijft erbij: "Is het er zo een soms?" Ja...dat is 'm! Bij ons thuis was hij zwart met grijs. Ik ga er vanavond nog op zitten!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten