Gast aan tafel



"De taxi is er", roept de receptioniste. Ik snel naar de kamer van mevrouw Bruinsma. "Uw taxi is er", zeg ik. Mevrouw Bruinsma kijkt op van haar eeuwige breiwerkje. "Ach lieve kind, taxi? Waar ga ik naar toe dan?" "De verjaardag van uw kleindochter, toch?" Ze is zo nu en dan een beetje in de war. Voorzichtig help ik haar uit de diepe leunstoel waar ze in zit en help haar in haar jas en shawl.



Stapje voor stapje bereiken we de voordeur waar de taxichauffeur ongeduldig van zijn ene op zijn andere been wipt. Hij houdt de deur van de auto voor haar open, dat dan weer wel. “Gaat u maar zitten mevrouw de Bruin. Dan kunnen we vertrekken.” “Bruinsma” fluister ik, meer in mezelf dan voor de chauffeur. Hij stapt zelf in en de luxe auto zoeft soepeltjes weg bij de voordeur.

Even later loop ik door de gang als ik bij de receptie een vrouw hoor: “Ja, ik kom mevrouw Bruinsma ophalen.” Ik vertraag mijn pas en keer om naar de receptie. “Maar die is al opgehaald…..” zeg ik tegen de vrouw die mij verbijsterd aankijkt. “Hoe kan dat nou? Ik ben altijd degene die haar ophaalt om naar deze verjaardag te gaan.” “Nou ze is toch echt door een taxi opgehaald.” “Misschien heeft mijn broer dat geregeld dan. Afijn, dan ik hoef er niet speciaal voor te rijden, want ik ga niet naar die verjaardag. Ik zou haar alleen brengen” Ze glimlacht en loopt naar buiten. Ik kijk de receptioniste aan en we halen tegelijkertijd onze schouders op.

Drie uur later komt er een taxi voorrijden. Mevrouw Bruinsma stapt uit met een grote lach op haar gezicht. “Was het gezellig?” vraag ik. “Nou en of”, zegt ze. “Er werd gelachen, gedanst en gezongen. Druk…..drúk dat het er was!” Ik knik en help haar naar binnen waar we op weg gaan naar haar kamer. “Dan merk je toch weer dat je ouder wordt, ik herkende eigenlijk niemand, maar iedereen was zo aardig.” Ik help haar uit haar jas. “Er was ook zo’n hele grote lekkere taart en iedereen liep foto’s te maken. Het was zó gezellig.” Ze bloost een beetje van alle opwinding vandaag.

Ik help haar in haar stoel en geef haar het breiwerkje. “En o ja”, gaat ze verder. “Er liep ook zo’n mooi bruidje.” Ik kijk haar aan. “U zal zich vergissen denk ik, u ging toch naar de verjaardag van uw kleindochter?” “Nee, een trouwerij, ik ging naar een trouwerij. De bruidegom heeft nog met mij gedanst.” Ik kijk op de kalender die aan de muur op haar kamer hangt. ‘Naomie 16 jaar’, staat er bij de dag van vandaag.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten


Je kunt me ook volgen op: